De ontwerp-begroting 2018 is de eerste zelf opgestelde begroting van het nieuwe kabinet en bevestigt de grote bezorgdheid van de AVP-fractie omtrent het financieel beleid voor de komende jaren, stelt AVP Statenlid Richard Arends. “Iedereen kan met ons vaststellen dat de goederen en diensten met meer dan 11 miljoen zijn gestegen vergeleken met vorig jaar en dat voorzien wordt dat deze kosten structureel zullen blijven toenemen gedurende gedurende de komende vier jaren, aldus het Financieel Economisch Memoradum (FEM)”. De begroting laat daarnaast ook een stijging zien in de personeelsaanname met honderd extra werknemers alleen al in de maanden januari en februari 2018. Personeelskosten tonen ook een stijgende trend volgens het door het kabinet gepresenteerde meerjarig financieel kader. Investeringen laten ook een forse stijging zien van 55 miljoen, zonder verdere uitleg wat deze investeringen inhouden, of ze nu fysiek zijn of kapitaalinjecties.
Politieke tegenstanders hebben stevige kritiek geuit op de begrotingen van het vorige kabinet, omdat de begrotingsnormen in 2015 en 2016 door incidentele inkomsten zouden zijn gehaald. Saillant detail is dat de aangepaste norm die vastgesteld is voor begroting 2018 op dezelfde wijze tot stand is gekomen dus ook met niet-structurele inkomsten: extra dividentuitkeringen door overheidsbedrijven en de uitputting van reserves van de Aruba Tourism Authority, ATA.
Evenwel wordt om moverende redenen niet genoemd dat het vorige kabinet in de periode 2014-2016 kostenbesparingen heeft doorgevoerd van 1% tot wel bijna 20%, zoals ook vastgesteld door de Algemene Rekenkamer Aruba. “De openbare financiën zijn een complexe materie. Het bereiken van de gestelde doelen vraagt veel van alle betrokken ministers, departementen, diensten en directies. Als het de bedoeling is om een negatieve connotatie af te geven aan het incidenteel karakter van bepaalde inkomsten, moet je er ook transparant over zijn. Dat is de reden dat ik er nadruk op leg om hierover een objectieve discussie te voeren in plaats van het vingerwijzen wat de afgelopen maanden en thans nog steeds gebeurt”, zegt Arends.
Wanneer je de BAZV verhoogt, daalt de Landsbijdrage aan de AZV als gevolg. “Terwijl de landsbijdrage in de begroting afneemt, is dit niet terug te zien in een verlaging van het begrotingstekort. De begrotingsruimte die door de verminderde landsbijdrage ontstaat, wordt door het nieuwe beleid direct weer opgevuld”, stelt AVP statenlid Arends. Het resultaat is een begroting waar de inkomsten 150 miljoen minder zijn dan de uitgaven, ofwel -3% van het BBP. Opgemerkt moet worden dat deze norm niet de gestelde begrotingsnorm is voor het jaar 2018 volgens de landsverordening Aruba financieel toezicht. De -3% norm is immers tussen het jaar 2015 en 2016 reeds ruimschoots bereikt. Met deze begroting 2018 – en de daaropvolgende begrotingen volgens het meerjarig kader in het FEM – kiest de regering er bewust voor om de schulden substantieel te blijven verhogen, terwijl de verlaging van de overheidsschuld al in 2018 had moeten zijn aangevangen.
Om het nieuwe beleid te financieren, heeft de regering een crisisheffing aangekondigd die op jaarbasis 150 miljoen extra voor ‘s-Landskas moet gaan opbrengen. “Als je aan de begrotingsnorm van een surplus van 0.5% zou hebben moeten voldoen, is de invoering van inkomensverhogende maatregelen verdedigbaar. Het nieuwe kabinet voert echter een crisisheffing in om tot een norm te komen die al drie jaar geleden door het vorige kabinet is bereikt. Er kan niet tot een andere conclusie worden gekomen dan dat deze ‘crisisheffing’ niets anders is dan een ‘coalitieheffing’. De Raad van Advies in haar advies aan de overheid bevestigt dit ook. Totdat een begrotingsevenwicht of surplus over vier jaar is bereikt zal de schuld weer gestegen zijn met 300 miljoen”, zegt Arends.